Slechts een handjevol Nederlandse auteurs kan leven van de opbrengst van hun boeken. Ook voor vertalers zijn de verdiensten niet veel beter. Martin de Haan, vertaler van Proust en de Franse topauteur Michel Houellebecq, hoopt dat crowdfunding uitkomst biedt.
Je bent de vertaler van Michel Houellebecq, Frankrijks beroemdste schrijver van het moment. De komende maanden vertaal je zijn net verschenen boek Soumission, ‘Onderwerping’. Een boek dat in Frankrijk de winkels uitvliegt. Omdat elke Houellebecq goed verkoopt, maar ook omdat de roman controversieel is. In het boek, dat speelt in het Frankrijk van 2022, komt een moslim-president aan de macht.
Als iemand een goede boterham aan het vertalen van boeken zou moeten kunnen verdienen, moet het Martin de Haan wel zijn. Zeker omdat hij ondernemend genoeg is om in mei tegelijkertijd met de vertaling van Soumission nog een boekje uit te brengen met 30 interviews en stukken over het werk van de controversiële schrijver.
Literair vertalen: niet eens minimumloon
Maar helaas, boekvertalers zwoegen allemaal voor hetzelfde schamele loontje. De Haan kan het weten, want hij schreef er onlangs samen met Richard Kwakkel voor de Taalunie een rapport over.
Een vertaler, of hij nu literatuur, thrillers of chicklit vertaalt, verdient met het vertalen van boeken niet eens het minimumloon. Om het hoofd boven water te houden moeten beroepsvertalers commerciële teksten vertalen.
Maar De Haan wil graag meer tijd aan zijn echte vak besteden, en daarom startte hij vorige week met een crowdfundingproject om zijn eigen boek over Houellebecq te financieren. Z24 sprak hem over crowdfunding, maar ook over afgelopen week.
Want hoewel lang niet iedereen de naam van de Franse schrijver kent, hebben velen vanwege een ongelukkige samenloop van omstandigheden de beeltenis van Houellebecq de afgelopen week langs zien komen.
Een karikatuur van de schrijver stond begin deze maand vanwege het verschijnen van zijn boek prominent op de cover van het satirische weekblad Charlie Hebdo. Het was het nummer dat uitkwam in de week van de aanslag van woensdag 7 januari. Een aanslag waarbij ook nog een vriend van Houellebecq, de econoom Bernard Maris, is omgekomen.
Hoe heb je de afgelopen week beleefd?
"Ik zat vooral uit te kijken naar de verschijning van het boek. Dus toen dat allemaal gebeurde, dacht ik vooral: ik hoop niet dat ze verbanden gaan leggen tussen het boek en de aanslag. Maar dat is gelukkig niet al te veel gebeurd. Verder is het natuurlijk verschrikkelijk wat er is gebeurd."
Heb je nog wat gehoord van Houellebecq?
"Ik heb hem kort gesproken. Hij heeft zich teruggetrokken. Hij is zijn publiciteitstournee gestopt en zit ergens af te wachten tot het rustiger wordt. Maar ik moet toch door, en dat boek zal zichzelf wel herpakken."
In Frankrijk werd Soumission al wel heel goed verkocht, begreep ik.
"Ik heb niet het idee dat het boek profiteert van de aanslagen, het gaat wel voor een deel wel over de islam, maar het gaat niet over dit soort aanslagen. Het is meer dat het boek al omstreden was voordat het er was. Zo gaat het bij Houellebecq altijd."
Hij is ineens wel bekender in Nederland.
"Nou, hij was altijd al wel bekend, onder een bepaald publiek. Ik merk altijd dat dit de enige Franse schrijver is die we kennen. Behalve misschien een of twee hele oude. De aandacht voor Franse boeken is wel afgenomen."
Kan Houellebecq niet zorgen dat die interesse voor Franse literatuur weer toeneemt?
"Ik weet niet of één schrijver de interesse voor een heel taalgebied kan vergroten. Soms werkt dat wel zo. Je ziet het met die Scandinavische thrillers. De uitgever roept dan 'deze schrijver is net zoals die andere', en dan koopt iedereen dat boek ook. Maar het is bij Houellebecq niet zo dat je een andere Franse schrijver kunt nemen en kunt zeggen: dit is ook een soort Houellebecq."
Hoeveel boeken worden er eigenlijk van hem in Nederland verkocht?
"Ik geloof dat ze bij Soumission gaan inzetten op een eerste druk van 20.000 exemplaren. Vroeger was de oplage van een literaire bestseller 50.000 tot 100.000, maar nu is 20.000 echt gigantisch. Maar dat moet ook wel, want ze hebben een enorm voorschot betaald aan de Franse uitgever. Dus om dat terug te verdienen moet je ook wel groot inzetten."
Met een dergelijke oplage stellen die royalty's voor de vertaler (2 procent per boek, red), niet zoveel meer voor.
"Het is wel meegenomen, maar je kunt er niet van leven. En dit boek is uitzonderlijk. De oplage van de gemiddelde roman is te laag om boven de royaltygrens van 4.000 stuks uit te komen."
Hoe krijg je dan betaald voor een boek, per woord?
"Voor zware literaire teksten krijg je tegenwoordig 6,4 cent per woord. Het gemiddeld aantal woorden dat iemand van zware literaire teksten in een jaar kan vertalen is ongeveer 180.000 woorden. Dus dat maal keer 6,4 cent, dan kom je op iets meer dan 11.000 euro. Dat is niet genoeg om rond van te komen. Daarom bestaan er beurzen van het Letterenfonds."
In het rapport waaraan je afgelopen jaar aan meeschreef, kom je op een gemiddeld netto-inkomen van Nederlandse vertaler van 14.000 euro.
"Van alle vertalers in rijke Europese landen zijn vertalers in Nederland er het slechtst aan toe. In Denemarken -- een kleiner land, en dus zou je denken ook een kleiner lezerspubliek -- liggen de tarieven hoger. Het gekke is natuurlijk dat het bedrijfsmodel niet werkt. Er komt een uitgever naar je toe en die zegt: 'Ik heb een prachtig boek voor je te vertalen. Je moet het binnen deze termijn af hebben en je krijgt dit bedrag ervoor' . En dat is dan een bedrag waar je eigenlijk niet van kan leven."
En toch zeg je 'ja', tegen die uitgever
"Mensen rollen in het beroep. Je denkt, 'het zal vast wel beter gaan op een gegeven moment'. Er waren ook geen cijfers bekend. Maar uit ons onderzoek blijkt gewoon dat iedereen in hetzelfde schuitje zit, en dat er weinig tot geen uitschieters naar boven zijn."
Krijgen uitgevers niet een keer nee te horen? In de zin dat veel boeken die we misschien wel vertaald zouden willen zien, helemaal niet meer vertaald worden?
"Ze vinden altijd wel iemand die het wil doen. Al is het maar de befaamde tandartsvrouw die zelf niets hoeft te verdienen en het doet omdat ze het leuk vindt. Dat soort mensen zijn er veel. Maar voor de hele moeilijke boeken, zoals voor de Proust die ik heb vertaald, is het wel de vraag of dat blijft gebeuren als het niet zou worden gesubsidieerd."
Voor je eigen boekje ben je nu een crowdfunding-campage gestart. Wilde de uitgever geen voorschot geven? Voor een boekje over Houellebecq toch wel?
"Ja hoor, maar niet genoeg. Alleen grote schrijvers krijgen voorschotten waar je van kan leven. Dat is niet de schuld van de uitgever, de oplage is gewoon heel klein. Maar ik wilde dat het boekje er kwam. Ik zou het kunnen subsidiëren met stomme commerciële vertaalopdrachtjes, maar dan verlies ik weer veel tijd. Ik dacht, ik kan dit ook proberen om tijd vrij te maken om te kunnen schrijven."
De helft van het streefbedrag heb je in elk geval al binnen.
"Ik ben nu precies een week bezig en het valt niet tegen. Ik zie veel projecten die veel langzamer lopen. Maar zelfs als het niet mocht lukken met crowdfunding, dan komt het boekje er toch wel hoor "
Lees ook
Nieuwe editie Charlie Hebdo in Nederland meteen uitverkocht
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl